Grootte: lengte 1.5 tot 2.0 breedte 1.2 tot 1.5 mm
Mediterrane soort
Komt (nog) niet in Nederland/Belgie voor
Ovale, vrij bolle zwarte lhb vrij dens bedekt met een bleke beharing.
Er is een geslachtsdimorfisme.
De
kop is zwart, de
antennes en de lippen zijn donker- of oranjerood.
Het
halsschild is zwart met bij de mannetjes in de voorste hoeken en soms langs de voorrand rood aangelopen.
De
dekschilden zijn zwart en hebben een rode afgeronde vlek op de achterste helft. Deze vlek is kleiner dan bij N. bipunctatus [
NEPBIP] en meestal wat donkerder.
De onderzijde is zwart.
De
dijlijn raakt de achterzijde van het segment net niet en stijgt dan slechts beperkt terug naar voor om dan op te lossen voor de voorste of zijrand bereikt wordt.
De poten zijn roodoranje of bruingeel, de achterste poten kunnen aan de basis donkerder zijn.
Variatie Er is een exemplaar bekend uit de Kaukasus waarbij de dijlijn de buitenste rand raakt.
Komt voor op struiken en kruiden (Gourreau) of schermbloemigen en luzerne (Fürsch)
Deze tekst is gebaseerd op de werkteksten voor een geplande veldgids van INBO/JNM ©Johan Bogaert